Zuidplaspolder: ‘bouwen in het putje van de Randstad’

In de jaren 90 van de vorige eeuw was er van het Rijk uit al sprake van een bouwopgave voor de Zuidplaspolder, die zou bestaan uit een polder van 10.000 hectare met ca 30.000 woningen, diverse bedrijventerreinen en glastuinbouw. 

Vanwege de groeiende verstedelijkingsbehoefte van de Zuidvleugel van de Randstad heeft de provincie Zuid-Holland vervolgens in 2004 Zuidplas aangewezen als ontwikkellocatie voor woningbouw. Het doel werd om de polder vergaand duurzaam te gaan inrichten, met de nadruk op klimaat robuustheid, zodat de toekomstige bewoners en bedrijven geen hinder zouden gaan ondervinden van de effecten van de klimaatverandering. Volgens Jacqueline Cramer, voormalig minister van Ruimtelijke Ordening en Milieu (2007-2010) moest de Zuidplaspolder een icoon worden van duurzame gebiedsontwikkeling.

In eerste instantie is men de laatste 10 jaar begonnen met het aanleggen van woonwijken, direct gekoppeld aan de (dorps) kernen van de betrokken gemeenten in de Zuidplaspolder. Zo ook in Zuidplas, waar de Gemeente Zuidplas zich vooral heeft gefocust op uitbreiding van de dorpen Moerkapelle, Zevenhuizen, Moordrecht en Nieuwerkerk aan den IJssel. Elk dorp heeft intussen nieuwbouwwijken erbij gekregen en het aantal inwoners is met ca 5.000 toegenomen. Maar dit is niet genoeg om aan de oorspronkelijk opgave te voldoen, dus is er tussen Moerkapelle, Zevenhuizen, Moordrecht en Nieuwerkerk aan den IJssel een 5de dorp bedacht met ca 4.000 woningen in het middengebied van Zuidplas.

De gemeenten Rotterdam, Zuidplas, Waddinxveen, Gouda en de provincie Zuid-Holland hebben een concept-ontwikkelingsvisie voor de Zuidplaspolder opgesteld. Met daarin het genoemde vijfde dorp, te bouwen in de komende 10-15 jaar.

Maar de vraag naar woningen is groot en dus is te verwachten, dat de druk op de gemeenten om te bouwen in de Zuidplaspolder vanuit de Provincie Zuid-Holland en het Rijk de komende decennia zal toenemen. Zal Zuidplas onder deze druk in staat zijn om de ‘visie van Watertuin’ met  voldoende groen landschap en het dorpse karakter te behouden? Of zal het steeds meer op b.v. Zoetermeer gaan lijken, dat van een klein dorp veranderd is naar een gemeente met meer dan 100.000 inwoners, vanwege een sterke woningbehoefte van Den Haag.

En is bouwen op ‘dik water’ wel zo verstandig? Dat vraagt om complexe duurzame gebiedsontwikkeling met innovatie en nieuwe technologie en bijbehorende hoge kosten.

Om precies aan te geven: de Zuidplaspolder is een droogmakerij van ca 10.000 hectare in de provincie Zuid-Holland, gelegen tussen Rotterdam Nesselande, Zevenhuizen, Moerkapelle, Waddinxveen, Gouda, Moordrecht en Nieuwerkerk aan den IJssel. In deze polder, waarnaar de gemeente Zuidplas is vernoemd, bevindt zich het laagste punt van Nederland: 6,76 m onder NAP. En juist op dit punt (ook wel het putje van de Randstad genoemd) wil men die stedelijke uitbreiding gaan realiseren.

Door intensieve veenwinning heeft tot in de 19e eeuw een groot meer bestaan, de “Zuidplas”. Vanwege de risico’s voor het omliggende gebied en de grote waarde die men hechtte aan landbouwgrond in de 19e eeuw nam Koning Willem I in 1816 het besluit voor het droogleggen van de plas. In de jaren daarna werd een ruimtelijk inrichtingsplan opgesteld, met als basis een lijn tussen de kerktorens van Moerkapelle en Moordrecht, waarmee een raster werd ontworpen met daarin “blokken” van ongeveer 800 × 800 meter, en sloten eromheen, die “tochten” werden genoemd. Tussen 1825 en 1840 werd de daadwerkelijke drooglegging van het gebied gerealiseerd, met behulp van dertig windmolens. Veertig jaar later (rond 1880) namen stoomgemalen (voor het eerst gebruikt in de Zuidplaspolder) de taak van de molens over om de waterstand te regelen.

Door Louis Bekker     

28-11-2020 16:00