‘Op wie ben jij?’ Liefde op de basisschool

Gouda – Het geluk is deze zomer aan mijn zijde door via via in contact te komen met Linda van Rooijen, die al 14 jaar voor de klas staat in de onderbouw van een basisschool. Haar vakantie zit er al op en zij reageert positief op mijn vraag wat te vertellen over haar ervaringen met kinderliefde in de klas. Ze besluit te beginnen bij groep 2 waar de eerste kinderliefdes zichtbaar worden.

De eerste liefde gaat richting ouderen
Al in het begin van het schooljaar laten de -kleuters merken wie voor hun liefde in aan-merking komen en dat zijn papa, mama of de juf. Anderen komen meestal niet in aanmerking. Gaande het jaar komen andere relaties aan de orde maar het stokt bij dikke vriendschap. De kleuters zijn niet erg kritisch. Twee meisjes, twee jongetjes of een meisje en een jongetje, het kan allemaal. Ook trouwen komt aan de orde, waarbij de meisjes de grootste interesse tonen. De -jongens vinden het een beetje complex onderwerp maar zo lang hun andere interesses niet teveel onder-broken worden, willen ze voor het ‘spelletje -trouwen’ wel even tijd vrij maken. Een kusje kan zomaar spontaan gebeuren en soms wordt er eerst gevraagd: “Zullen we kussen?” Bij “nee” is de -teleurstelling gelukkig van tijdelijk aard.

De geboorte van een zusje of broertje zet de zaak op scherp
In hun jonge breintjes speelt dat een kind -krijgen ook bij trouwen hoort en dat maakt het wat -ongemakkelijk. Bij hun verhaal ‘Ik heb een broertje of een zusje gekregen’ ontstaat er plots een andere discussie. Hoe wordt zo’n kindje dan wel geboren? De kleuters werpen zich op als deskundigen, waarbij de meisjes de overhand hebben. Ze zijn overtuigd van hun gelijk en zo wordt verteld dat hun zusje of broertje uit een plassertje komt of als goede tweede uit de vagina en als derde uit mama’s poesje. Linda verhuist dit onderwerp dan ook naar een ander -moment om via een stukje voorlichting toch wat lijn in het verhaal te brengen.

Schoolliefdes duren meestal niet lang maar er  zijn uitzonderingen

Het komt niet vaak voor maar Linda heeft een -stelletje zien meegaan van groep 2 naar groep 3 en aan het eind van het schooljaar liepen ze nog steeds hand in hand en keken elkaar zelfs verliefd aan.

In groep 3 is de wijze waarop broertjes of zusjes ter wereld komen geen punt meer en de eerste liefde voor papa, mama of de juf is verdwenen. Teveel -tegenspraak waarschijnlijk. Daarentegen komen andere schoolliefdes van de grond. Ze hoeven niet allemaal even lang te duren en er zijn leerlingen bij die geen moeite hebben om in één schooljaar er 10 relaties op na te houden. Een kusje geven is er eind groep 3 niet meer bij. Vooral jongens vinden het vies.

Vanaf groep 4 gaat het wat verder
In deze leeftijdfase wordt er door klasgenootjes met een stelletje meegeleefd en dus geroddeld. Bobby is op Marieke bijvoorbeeld. De roddelbladen zouden er jaloers op zijn. Het fenomeen briefjes -ze kunnen nu beter schrijven- doet z’n intrede. Briefjes -schrijven en ‘verzenden’ doen ze het liefst in de klas met alle risico van dien. De verzending wordt in handen van klasgenootjes gegeven. Voor betrokkenen wordt het echter een ramp als het briefje toevallig bij de -verkeerde belandt en dus gaat circuleren. Voor Linda een sein om in te grijpen wil ze de rest van de dag nog wat leerstof te laten beklijven.

In groep 5 hebben meisjes en jongens het te druk met hun eigen seksegenoten
Liefde op een laag pitje dus. Bij groep 7 wordt de draad weer opgepakt en begint het fenomeen kalverliefde. Briefjes worden weer uitgewisseld, hoewel de mobieltjes het zienderogen gaan overnemen. Digitale liefde maar met leuke en gevaarlijke kanten.

Heeft u lokaal nieuws uit Gouda of omgeving?
Mail het ons via redactie@degouda.nl

Download nu deGouda App voor iOS en Android 

27-08-2018 10:15