Wanneer je op de warmste dag van de eeuw een middeleeuwse stadskerk als de Goudse Sint-Jan in loopt, voelt het als een oase in de woestijn. Op vloerniveau is het dan ook bijna 20 graden koeler dan buiten! Loop je echter de torentrap op, dan merk je dat hoe hoger je klimt, hoe warmer het wordt.
Onder het dak van de kerk is het al 45 graden en bij het carillon helemaal boven in de met lood en leien beklede kerktoren zelfs meer dan 50 graden Celsius!
Voor het grote Moreau-orgel uit 1736 levert dit temperatuurverschil een groot probleem op, omdat de temperatuur nu eenmaal van grote invloed is op de toonhoogte waarop een orgelpijp klinkt. De orgelpijpen die op 25 meter hoogte boven in het orgel zitten, klinken op warme dagen veel hoger dan de orgelpijpen die beneden in het orgel zitten. Wanneer de organist die tegelijk bespeelt, klinkt dat dus ontzettend vals! En omdat er in het orgel wel 3856 orgelpijpen zitten, kan stadsorganist Gerben Budding de orgelpijpen ook niet even bijstemmen.
In een poging de hitte onder het dak van de kerk kwijt te raken, worden donderdag voor het eerst de dakkapellen op de kerkzolders opengemaakt en de luiken van het tongewelf opengezet. Als dat niet helpt, komt het tijdens het orgelconcert om 13.00 uur vooral aan op de creativiteit van de organist.
Stadsbeiaardier Boudewijn Zwart liet weten dat het Hemony-carillon uit 1676 veel minder last van de hoge temperaturen heeft, maar dat “de beiaardier daarentegen door de hitte wel kan ontstemmen”. De temperatuur bij het klavier bovenin de toren is zo extreem, dat er op last van de gemeente Gouda niet gespeeld mag worden en de Goudse kaasmarkt het donderdag voor een keer zonder de beiaard van de Sint-Jan moet doen.
24-07-2019 18:41