De Turfmarktkerk affaire: hoe deze Goudse wond ontstond

Gouda – Achter de bouwhekken is het onderste deel van de gevel van de Turfmarktkerk nog te zien. De kerk die begin 2019 werd afgebroken stond volgens de gemeente en omgevingsdienst ODMH op instorten. De rekening voor de versnelde sloop werd ingediend bij de eigenaar. Onterecht, oordeelde bureau STAB in december. Het wachten is nu op een oordeel van de rechter. Hoe heeft het zo ver kunnen komen?

De Turfmarktkerk is sinds 2017 volop in de media. In het jaar ervoor werd door vorige eigenaar Timpaan en de gemeente gekeken of behoud van de kerk haalbaar was. Vanwege de slechte staat leek sloop hen de enige mogelijkheid. De kaarten werden opnieuw geschud toen de buurman van de kerk, Khalid Boutachekourt, begin 2017 de kerk aankocht. Hij wilde het gebouw opknappen en hergebruiken voor wonen, werken en ontmoeten. Dat liep anders, een reconstructie.

Herstel of sloop
De nieuwe eigenaar laat na een bouwkundig onderzoek in juni 2017 funderingsherstel uitvoeren in de hoek van de kerk. Ondanks dat het om herstel gaat vraagt de Omgevingsdienst (ODMH) in juli deze een sloopvergunning aan te vragen. In een handhavingsrapport concludeert de dienst dan dat de kerk in te slechte staat verkeerd. Onder druk gaat de eigenaar hierin mee en besluit de kerk te slopen. Boutachekourt heeft op dat moment vertrouwen in het vervolg: ‘Ik ben nu met de gemeente in overleg of ik op de plek van de kerk na sloop mijn plannen voor appartementen en bedrijfsruimten kan realiseren’, zegt hij in 2017 tegen het AD.

Trillingsonderzoek
De eigenaar komt met een plan voor nieuwbouw van appartementen, dat past binnen het geldende bestemmingsplan. Omwonenden hebben bezwaren en komen hiertegen in verzet. Ze roepen het College van B&W daarbij op om stelling te nemen. In een opeenvolging van zetten trekt het bestuur uiteindelijk de regie over de sloop naar zich toe. Met als gevolg dat het geldende bestemmingsplan van tafel gaat. Het conflict begint bij het afvoeren van het sloopmateriaal. Volgens de geldende regels in de binnenstad mocht met vrachtwagens tot 50 ton, met 30km/h worden gereden over de Turfmarkt (en Lage Gouwe). Een norm die ook geldt voor bijvoorbeeld de vrachtwagens van de winkelbevoorrading. Nu de Turfmarktkerk moet worden gesloopt komt de gemeente erachter dat deze regels niet realistisch zijn. Veel bruggen in het centrum kunnen geen 50 ton dragen. De eigenaar stelt voor om met maximaal 39 ton’s vrachtwagens te rijden en dan stapvoets (15 km/h). De gemeente wil voor de sloop liever een trillingsonderzoek laten uitvoeren en daarna tot afspraken komen. Dit onderzoek zou nog zeker zeven maanden duren, zo was de verwachting. Vanwege geldende wet en regelgeving moet de sloop echter voor 1 december zijn geklaard. Dan loopt namelijk de ontheffing van de Wnb (Wet natuurbeheer) af. De provincie heeft al gezegd niet van plan te zijn een nieuwe ontheffing af te geven. De gemeente zit dus klem.

Slopen
Maar voordat de kerk kan worden gesloopt moet eerst het sloopveiligheidsplan worden goedgekeurd. Hiervoor eist ODMH dat een stutplan wordt ingediend. Boutachekourt laat dat opstellen bij een expert op dit gebied, Dekker Engineering. ODMH gaat al mondeling akkoord met het stut- en sloopplan en de eigenaar heeft zelfs de aannemer al ingeschakeld. Dan komt de dienst met extra eisen aan de sloop. In een interne e-mail, in handen van de eigenaar wordt duidelijk wat hiervan het doel is: ‘Een melding kan niet worden geweigerd. Wel kunnen er aanwijzingen aan worden verbonden’. Kortom, intrekken van een vergeven vergunning kan niet, maar er kunnen wel eisen aan worden verbonden die slopen door de eigenaar onmogelijk maken. De reden voor deze frustratie is nog altijd niet opgehelderd. Wel duidelijk is dat als de eigenaar niet aan de eisen van ODMH (en gemeente) kan voldoen, de omgevingsdienst hem de touwtjes uit handen kan nemen. Dit is dan ook wat er even later gebeurt. Een belangrijk moment voor de gemeente is het intrekken van de aanvraag van een omgevingsvergunning, door Boutachekourt. Hierdoor kan de gemeente een zogenaamd voorbereidingsbesluit doorvoeren. Die maakt het mogelijk om een nieuw bestemmingsplan op te stellen. Zo zet zij de voet dwars voor nieuwe (ongewenste) bouwplannen van de eigenaar.

Instortingsgevaar
Na het overnemen van de stutwerkzaamheden zou er in oktober 2018 instortingsgevaar zijn ontstaan van de kerk. Wethouder van Vugt brengt naar buiten dat de staat van de kerk slechter is dan de gemeente had gedacht. De burgemeester roept een noodbevel af, waarna omwonenden hun huis uit moeten. Dankzij het noodbevel wordt het mogelijk andere wet- en regelgeving te ontwijken. Zo is de ontheffing op de Wet natuurbeheer, die op aflopen staat, niet langer geldig onder zo’n bevel. In documenten, in handen van deze krant, lijkt deze afweging een belangrijke rol te spelen bij het afkondigen van het noodbevel. Dit wordt nog eens bevestigd wanneer de kerk alleen wat ‘beter gestut’ wordt. Slechts kleine aanpassingen aan de stutconstructie worden verricht, waarna omwonenden weer terug mogen naar huis. Echter, pas in januari wordt begonnen met de sloop. De sloopkosten, die tot wel zeven maal hoger zijn dan in offertes die de eigenaar eerder liet maken, worden vervolgens ingediend bij Boutachekourt. Die begint hierop een rechtszaak. De rechter besluit in de zomer van 2020 om het STAB, een gerenommeerde onderzoeksinstantie, onderzoek te laten doen naar de affaire. Centraal staat de vraag of de kerk op instorten stond en of de claim van 5 ton bij de eigenaar terecht is.

Verstrekkende conclusies
Het STAB kwam in december met verstrekkende conclusies. Er is geen bewijs geleverd dat de kerk op instorten stond en de sloopkosten zijn zeker twee maal hoger dan noodzakelijk. Sterker nog, het STAB schrijft dat niet is aangetoond dat de kerk ooit instabiel is geweest. Ze is ook kritisch over het overnemen van de stutwerkzaamheden, omdat de aanpassingen aan het stutten na overname minimaal waren. De gemeente Gouda diende 35 pagina’s aan zienswijzen in op het conceptrapport, waarom het onderzoek niet goed zou zijn gedaan. De conclusies bleven in het definitieve rapport echter onveranderd.De zitting voor de rechtszaak over de Turfmarktkerkaffaire is gepland op 8 april 2021. Er staan nog diverse vragen open. Het STAB keek bijvoorbeeld alleen naar de technische kant van de affaire, niet naar de politieke zijde. Ook is onduidelijk wat het omzeilen van de Wnb voor gevolgen heeft, wanneer de rechtbank de conclusies van het STAB volgt. Wordt vervolgd dus.

05-12-2020 13:00